ADHD-coach

ADHD Coach: Ieder mens is uniek, uw kind is uniek!

Mijn opleiding tot ADHD-coach en de opleiding Tekentaal hebben mij gevormd en geleerd om naar de hele mens en zijn leefomgeving te kijken. Ik heb geleerd om intuïtief te luisteren naar het kind en hem/haar serieus te nemen. En om te onderzoeken wat er in zijn/haar hoofd en hart leeft en hoe dit zijn/haar handelen beïnvloedt.

We gaan het gedrag of de patronen die uw kind in de weg staan oplossen, zodat hij/zij kan leven vanuit vrijheid en met optimale levensenergie.

Beweging, muziek, tekenen en verhalen vertellen ondersteunen mijn manier van werken. Het is iedere keer een uitdaging om echt contact te maken, om van daaruit aan de slag te gaan.

Kind tekenen ADHD-counseling

Steeds vaker worden ouders, onderwijzers en hulpverleners geconfronteerd met kinderen met druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag.

Tegenwoordig weten we uit ervaring en onderzoek dat tal van factoren hierbij een rol kunnen spelen. Denk bijvoorbeeld aan een geboortetrauma, voeding, hersenbeschadigingen, hooggevoeligheid, maatschappelijke ontwikkelingen, etc.

Als ADHD coach vind ik het daarom belangrijk om samen met kind en ouders te kijken naar wat bij het kind past. Hoe kunnen we hem/haar het best begeleiden? En hoe kunnen we de communicatie tussen ouder en kind herstellen?

Er zijn vaak meer mogelijkheden dan u denkt!

Ik geloof dat er tussen de diagnosestelling ADHD en het overgaan tot medicatiegebruik een weg van mogelijkheden open ligt. Mogelijkheden om te ontdekken welke behandeling bij uw kind past.

Ik kan u helpen om een weloverwogen keuze te maken voor de juiste behandeling voor uw kind in zijn/haar ontwikkeling en welzijn.

“Kinderen die sterk vanuit hun intuïtie leven laten nogal eens gedragsverschijnselen zien die in de hulpverlening typisch voor ADHD worden genoemd.

Er is echter ook een heel andere manier om naar druk, impulsief en ongeconcentreerd gedrag te kijken.

Je kunt het ook zien als een signaal voor onderliggende kwaliteiten in plaats van problemen”

– Muijsert-van Blitterswijk

Hierdoor kunnen er onduidelijkheden rond de diagnose ADHD ontstaan:

  • De criteria voor ADHD zijn niet helder genoeg. Het begrip ‘last’ is per definitie subjectief. De betrokken partijen, (ouders, onderwijzers en hulpverleners) kunnen sterk van mening verschillen over de ernst van de situatie.

    Sommige criteria zijn weinig specifiek, vooral wat betreft het gedrag van jonge kinderen. Een aantal gedragsverschijnselen moet al voor het zevende levensjaar zichtbaar zijn geweest, terwijl ze juist heel normaal zijn bij jonge kinderen. Jonge kinderen volgen hun eigen interesses, zijn vaak impulsief en hebben moeite met stilzitten. Bijna iedere ouder zal dit gedrag in zijn kind herkennen.

  • Om van ADHD te kunnen spreken is het essentieel dat gedragsverschijnselen zich voordoen in verschillende milieus. Dus niet alleen thuis of op school of bij leeftijdsgenootjes of op het werk, maar in minimaal twee milieus.

    Toch krijgen ook kinderen die slechts in een enkel milieu symptomen vertonen de diagnose ADHD. Deze handelswijze is discutabel. Als kinderen slechts in een enkel milieu gedragsproblemen laten zien, ligt het immers voor de hand dat vooral omgevingsfactoren hieraan debet zijn. 

  • Het cultuurverschil in de opvoeding en het beleven van het kind kan in sommige gevallen verkeerd geïnterpreteerd worden.

ADHD Coach: twee meisjes hand in hand

ADHD volgens de DSM-IV

ADHD staat voor Attention Deficit Hyperactivity Disorder en is een term die afkomstig is uit het DSM-IV classificatiemodel waarmee in de psychiatrie wordt gewerkt. In het DSM-IV model worden drie kernsymptomen van ADHD genoemd:

  • Concentratiestoornissen (vergeetachtigheid, niet kunnen luisteren, snel afgeleid zijn)
  • Impulsiviteit (eerst doen en dan nadenken, dingen eruit flappen, voor zijn beurt spreken)
  • Hyperactiviteit (een continue gevoel van onrust, veel friemelen, opstaan en bewegen, gespannenheid).

Dit worden ook wel de drie dimensies of hoofddomeinen genoemd. Er kan alleen van ADHD gesproken worden indien een bepaald aantal symptomen in minimaal twee hoofddomeinen gedurende minstens een halfjaar voorkomt.

Daarnaast moeten ze deels al voor het zevende jaar begonnen zijn, en tot belemmeringen in het functioneren hebben geleid. Een ander criterium is dat de symptomen in meer dan één milieu (thuis, school, vrienden/werk) tot uiting komen.

Enkele criteria voor ADHD zoals in het DSM-IV model:

  • Moeite met aandacht
  • Dromerigheid
  • Moeite met plannen en structureren
  • Veel praten of ‘doordraven’
  • Moeite met meervoudige opdrachten
  • Moeite met het uitvoeren van opdrachten
  • Druk en impulsief gedrag
  • Moeite met concentratie